Jonathan helpt Breda: “cybercriminaliteit is lucratiever dan drugshandel”

Een phishingmail, een whatsappje om geld van jou los te krijgen, en zelfs randsomware: Jonathan van Eerd (27) ziet dat cybercrime steeds grotere vormen aanneemt. In de gemeente Breda zet hij alles op alles om de online veiligheid in de stad te vergroten.

“Met name de laatste 2,5 jaar zien we een forse stijging van cybercriminaliteit”, vertelt Jonathan, Beleidsadviseur bij Gemeente Breda. “Er is waarschijnlijk niemand in Nederland die nog niet in aanraking is geweest met deze vorm van criminaliteit en bijvoorbeeld een phishingmail heeft ontvangen. Dat is wel even wat anders dan de oudere criminaliteitsvormen.”

In Breda zijn er tot eind oktober 2021 zo’n 2.000 meldingen binnengekomen van mensen die slachtoffer zijn geworden van cybercriminaliteit. “En dat is nog maar zo’n 8% van alles wat er gebeurt, want heel veel slachtoffers melden zich ook niet”, vertelt Jonathan. “Het is voor criminelen echt een lucratieve business, waarin zelfs meer wordt verdiend dan in de drugshandel blijkt uit onderzoek.”

Bewustwording creëren

Als beleidsadviseur is Jonathan begonnen met een plan van aanpak. “We richten ons vooral op bewustwording en het vergroten van weerbaarheid. Veel mensen denken dat zij geen slachtoffer worden van deze vorm van criminaliteit, of zijn er gewoon niet mee bezig.” Er zijn drie doelgroepen die de specifieke aandacht krijgen bij Gemeente Breda.

  1. Senioren: “Zij zijn met name slachtoffer van financiële criminaliteit. Door middel van phishing en andere trucs proberen criminelen geld af te nemen bij deze groep mensen. Zij hebben vaak ook wat meer geld en zijn soms ook wat naïef of onbekend met de digitale wereld, waardoor zij een makkelijk slachtoffer zijn.”
  2. Jongeren: “Ook bij hen zien we natuurlijk vormen van phishing, maar ook heel andere vormen van cybercrime. Jongeren worden ingezet als money mule of worden bijvoorbeeld gechanteerd met seksueel getinte foto’s die ze zelf ooit gedeeld hebben met iemand. Via lessen op school en de computergame Hackshield hopen we hen online meer weerbaar te maken.”
  3. Ondernemers: “Bij ondernemers worden er vaak grote vormen van geld geëist, wanneer bedrijfssystemen platgelegd worden door criminelen. Ook hier draait het om bewustwording. Veel ondernemers denken vaak nog: moet ik mij als kledingzaak of bakker hier vandaag mee bezighouden? Ze bevatten het probleem niet. Maar kunnen ook niet zonder de digitale systemen die ze gebruiken. Of je nu wil of niet, je moet erover nadenken.”

Over de gemeentegrenzen heen

Jonathan houdt zich binnen zijn functie dus grotendeels bezig met het creëren van awareness en het zorgen dat mensen in de stad meer weerbaar worden. Hij geeft trainingen en zoekt samenwerking op met politie, ouderenverenigingen en ondernemersclubs. Maar hij doet meer: “Breda is een van de weinige gemeentes die hier echt veel aandacht aan besteedt en een ambtenaar heeft aangenomen op dit onderwerp.”

“Onderdeel van mijn baan is ook om in overheidsland meer aandacht voor dit onderwerp te krijgen. Ik ga de gemeentegrenzen over om collega’s in het land verder te helpen. Gister was ik nog in Zeeland, om alle Zeeuwse gemeentes te vertellen wat je als overheidsinstantie kunt doen tegen dit maatschappelijke probleem.”

Een baan ontstaan uit behoefte

Vroeger deed Jonathan al veel met computers. “Ik was semi-gameverslaafd”, lacht hij. Toen hij Veiligheidskunde ging studeren aan de Avans Hogeschool in Breda, kreeg hij het vak Informatieveiligheid. “Ik had destijds nooit verwacht in dit vak te rollen. Mijn eerste baan was bij de gemeente Breda als Buurtpreventiecoördinator, om de veiligheid in de buurt te verbeteren. Ik sprak daar steeds meer mensen die zich in de buurt wel veilig voelden, maar online steeds minder.”

“Samen met de politie ben ik mij gaan verdiepen in het onderwerp. Mijn functie is uiteindelijk ontstaan uit een behoefte. Het probleem is groeiend en daar groei ik in mee. In het begin dacht ik nog: ‘Ben ik nou degene die moet vertellen aan anderen hoe zij het moeten doen. Maar inmiddels vertrouw ik op mijn eigen kennis; die leer je in theorie, maar als je ziet hoe het probleem in de praktijk is, wil je er ook echt iets aan doen.”

Een missie om aan te werken

Volgens Jonathan moet je ook alleen dit vak kiezen als je écht iets wil veranderen aan dit steeds groter wordende probleem. “Je gaat dit alleen leuk vinden als je echt de urgentie ervan inziet”, aldus de jonge ambtenaar. “In boeken kun je lezen hoe groot het probleem is, maar als je mensen spreekt die zijn afgeperst, hun hele pensioen kwijt zijn, hun spaargeld of hun bedrijf: dan ga je pas echt voelen hoe groot dit probleem is. En dat versterkt voor mij de missie waaraan ik werk!”

Je moet durven

“Wat je verder nodig hebt in deze baan? Creativiteit: de vraagstukken die je hier tegenkomt, zijn niet allemaal uitgekauwd. Oplossingen staan niet zomaar in een boekje en vragen echt om innovatiekracht. Om een dergelijk maatschappelijk probleem aan te pakken, heb je ook lef nodig. Je moet vooral durven: bij veel jonge collega’s zie ik dat zij goede ideeën hebben. Maar niet iedereen zet door.

Juist bij cybercrime, waar de wereld zo snel ontwikkeld, moet je ook snel reageren. Als ambtenaar moet je de buitenkant van de regels dan wel eens opzoeken. Ik zeg niet dat mensen regels moeten overtreden, maar als we maandenlang vergaderen om het cybercrimeprobleem op te lossen, schieten we niks op. Cybercriminelen houden zich ook niet aan de regeltjes. Willen we dit probleem echt aanpakken, dan moet je lef tonen en snel zijn.”

Om een maatschappelijk probleem aan te pakken heb je lef nodig. Niet alleen als het gaat om cybercriminaliteit, maar ook bijvoorbeeld bij het oplossen van de woningproblematiek. Lees in dit blog waarom Friso de Zeeuw denkt dat lef de oplossing is.

Plaats een reactie

Jonathan helpt Breda: “cybercriminaliteit is lucratiever dan drugshandel”

Een phishingmail, een whatsappje om geld van jou los te krijgen, en zelfs randsomware: Jonathan van Eerd (27) ziet dat cybercrime steeds grotere vormen aanneemt. In de gemeente Breda zet hij alles op alles om de online veiligheid in de stad te vergroten.

“Met name de laatste 2,5 jaar zien we een forse stijging van cybercriminaliteit”, vertelt Jonathan, Beleidsadviseur bij Gemeente Breda. “Er is waarschijnlijk niemand in Nederland die nog niet in aanraking is geweest met deze vorm van criminaliteit en bijvoorbeeld een phishingmail heeft ontvangen. Dat is wel even wat anders dan de oudere criminaliteitsvormen.”

In Breda zijn er tot eind oktober 2021 zo’n 2.000 meldingen binnengekomen van mensen die slachtoffer zijn geworden van cybercriminaliteit. “En dat is nog maar zo’n 8% van alles wat er gebeurt, want heel veel slachtoffers melden zich ook niet”, vertelt Jonathan. “Het is voor criminelen echt een lucratieve business, waarin zelfs meer wordt verdiend dan in de drugshandel blijkt uit onderzoek.”

Bewustwording creëren

Als beleidsadviseur is Jonathan begonnen met een plan van aanpak. “We richten ons vooral op bewustwording en het vergroten van weerbaarheid. Veel mensen denken dat zij geen slachtoffer worden van deze vorm van criminaliteit, of zijn er gewoon niet mee bezig.” Er zijn drie doelgroepen die de specifieke aandacht krijgen bij Gemeente Breda.

  1. Senioren: “Zij zijn met name slachtoffer van financiële criminaliteit. Door middel van phishing en andere trucs proberen criminelen geld af te nemen bij deze groep mensen. Zij hebben vaak ook wat meer geld en zijn soms ook wat naïef of onbekend met de digitale wereld, waardoor zij een makkelijk slachtoffer zijn.”
  2. Jongeren: “Ook bij hen zien we natuurlijk vormen van phishing, maar ook heel andere vormen van cybercrime. Jongeren worden ingezet als money mule of worden bijvoorbeeld gechanteerd met seksueel getinte foto’s die ze zelf ooit gedeeld hebben met iemand. Via lessen op school en de computergame Hackshield hopen we hen online meer weerbaar te maken.”
  3. Ondernemers: “Bij ondernemers worden er vaak grote vormen van geld geëist, wanneer bedrijfssystemen platgelegd worden door criminelen. Ook hier draait het om bewustwording. Veel ondernemers denken vaak nog: moet ik mij als kledingzaak of bakker hier vandaag mee bezighouden? Ze bevatten het probleem niet. Maar kunnen ook niet zonder de digitale systemen die ze gebruiken. Of je nu wil of niet, je moet erover nadenken.”

Over de gemeentegrenzen heen

Jonathan houdt zich binnen zijn functie dus grotendeels bezig met het creëren van awareness en het zorgen dat mensen in de stad meer weerbaar worden. Hij geeft trainingen en zoekt samenwerking op met politie, ouderenverenigingen en ondernemersclubs. Maar hij doet meer: “Breda is een van de weinige gemeentes die hier echt veel aandacht aan besteedt en een ambtenaar heeft aangenomen op dit onderwerp.”

“Onderdeel van mijn baan is ook om in overheidsland meer aandacht voor dit onderwerp te krijgen. Ik ga de gemeentegrenzen over om collega’s in het land verder te helpen. Gister was ik nog in Zeeland, om alle Zeeuwse gemeentes te vertellen wat je als overheidsinstantie kunt doen tegen dit maatschappelijke probleem.”

Een baan ontstaan uit behoefte

Vroeger deed Jonathan al veel met computers. “Ik was semi-gameverslaafd”, lacht hij. Toen hij Veiligheidskunde ging studeren aan de Avans Hogeschool in Breda, kreeg hij het vak Informatieveiligheid. “Ik had destijds nooit verwacht in dit vak te rollen. Mijn eerste baan was bij de gemeente Breda als Buurtpreventiecoördinator, om de veiligheid in de buurt te verbeteren. Ik sprak daar steeds meer mensen die zich in de buurt wel veilig voelden, maar online steeds minder.”

“Samen met de politie ben ik mij gaan verdiepen in het onderwerp. Mijn functie is uiteindelijk ontstaan uit een behoefte. Het probleem is groeiend en daar groei ik in mee. In het begin dacht ik nog: ‘Ben ik nou degene die moet vertellen aan anderen hoe zij het moeten doen. Maar inmiddels vertrouw ik op mijn eigen kennis; die leer je in theorie, maar als je ziet hoe het probleem in de praktijk is, wil je er ook echt iets aan doen.”

Een missie om aan te werken

Volgens Jonathan moet je ook alleen dit vak kiezen als je écht iets wil veranderen aan dit steeds groter wordende probleem. “Je gaat dit alleen leuk vinden als je echt de urgentie ervan inziet”, aldus de jonge ambtenaar. “In boeken kun je lezen hoe groot het probleem is, maar als je mensen spreekt die zijn afgeperst, hun hele pensioen kwijt zijn, hun spaargeld of hun bedrijf: dan ga je pas echt voelen hoe groot dit probleem is. En dat versterkt voor mij de missie waaraan ik werk!”

Je moet durven

“Wat je verder nodig hebt in deze baan? Creativiteit: de vraagstukken die je hier tegenkomt, zijn niet allemaal uitgekauwd. Oplossingen staan niet zomaar in een boekje en vragen echt om innovatiekracht. Om een dergelijk maatschappelijk probleem aan te pakken, heb je ook lef nodig. Je moet vooral durven: bij veel jonge collega’s zie ik dat zij goede ideeën hebben. Maar niet iedereen zet door.

Juist bij cybercrime, waar de wereld zo snel ontwikkeld, moet je ook snel reageren. Als ambtenaar moet je de buitenkant van de regels dan wel eens opzoeken. Ik zeg niet dat mensen regels moeten overtreden, maar als we maandenlang vergaderen om het cybercrimeprobleem op te lossen, schieten we niks op. Cybercriminelen houden zich ook niet aan de regeltjes. Willen we dit probleem echt aanpakken, dan moet je lef tonen en snel zijn.”

Om een maatschappelijk probleem aan te pakken heb je lef nodig. Niet alleen als het gaat om cybercriminaliteit, maar ook bijvoorbeeld bij het oplossen van de woningproblematiek. Lees in dit blog waarom Friso de Zeeuw denkt dat lef de oplossing is.

Wil je reageren? Log dan in of maak een account! Meld je aan
Reageer op "Jonathan helpt Breda: “cybercriminaliteit is lucratiever dan drugshandel”"